zondag 23 januari 2022

"Het zijn wel experts": het nieuwe boek over het verraad van Anne Frank

Dit is een reactie op het nieuwste boek over het verraad van Anne Frank. Ik schrijf deze in verbijstering. Trigger was een opmerking op Twitter, die een criticus van de nieuwste bevindingen toevoegde dat hij zeker niet kon verduren dat hij zelf dit spoor had gemist? Het was niet de eerste opmerking van die strekking, die ik online tegenkwam.


Sterker, ik heb het boek gelezen en mijzelf ook meermalen betrapt op de gedachte "het zijn wel experts". Het is een verlammende gedachte. Een pauzerende, op zijn minst.


Maar laat ik nou zelf, zij het niet op officiële titel, jaren in allerlei primaire bronnen, waaronder de dagrapporten van de Amsterdamse politie, onderzoek hebben gedaan. En in de jaren daarvoor lang, en beetje stiekem ook (want, hoe belangrijk was het?) hebben gebroed op de vraag wie Anne Frank verraden had.


Er is na lezing van het nieuwste boek één verdachte in mijn hiërarchie gestegen. De verdachte "onbekende omstander". De auteurs noemen haar niet bij naam en dat is natuurlijk heel netjes. Op deze verdachte wil ik hier inzoomen.


Dat is de vrouw die op de avond voor de arrestatie, op 3 augustus dus, wordt opgepakt omdat zij buiten is, terwijl de spertijd begonnen is. Een vrouw van een NSB'er, zelf ook lid van de NSB, goed bekend met een NSB-pand vlakbij het Achterhuis. 


Laat het nou zo zijn, dat mensen die om die reden werden opgepakt, de nacht in het bureau moesten doorbrengen. Dat was de regel. Maar niet deze vrouw: zij mag naar huis. (Ik beroep mij hier overigens op de feiten uit het boek. Ik heb de mutatie zelf nog niet gevonden (wel gezocht, nog niet grondig genoeg), maar dat is op dit punt niet zo belangrijk. Belangrijk is de redenatie van de onderzoekers. Bovendien zal de research wel kloppen. Wat me verbijstert is nu juist wat er van de vondsten gemaakt wordt.)


Het is zeer opmerkelijk dat zij naar huis mocht, stelt het onderzoeksteam aanvankelijk. Waarom mocht ze dat? Had ze misschien informatie vrij gegeven? 


Dat denkt het team zelf in ieder geval en dat zou goed kunnen. Maar al snel volgt: "Het was een interessante hypothese, maar ze hield geen stand." 


Want. Omdat het 's avonds nog laat licht was, zo in de zomer, zal het niet "heel verdacht zijn geweest" dat ze nog buiten was. Dus daarom kwam ze er waarschijnlijk makkelijk vanaf, mocht ze alweer snel naar huis.


Nee. Het was oorlog. Regels waren regels. Er werd geen rekening gehouden met dit soort overwegingen. Overtreding van de spertijd betekende simpelweg: een nacht doorbrengen bij de politie. Je mocht immers niet over straat. (Laat ik zeggen dat ik zelf de kans dat zij zomaar weg mocht schat op dertien tot vijftien procent.)


Dan voegt het team er ook nog deze gedachte aan toe: de politie was de vrouw waarschijnlijk liever kwijt dan rijk. Had geen zin om geassocieerd te worden met mensen die aan de kant van de toekomstige verliezers van de oorlog stonden, "iedereen wist dat de Duitsers in moeilijkheden verkeerden." Los van dat een redenatie als "iedereen wist" nooit hard te maken is: Dolle Dinsdag was nog niet geweest. En hoewel je in de politierapporten af en toe wel een agent tegenkomt die zich tot het uiterste rekt om een vorm van verzet te plegen, waren de agenten over het algemeen bezig met het uitvoeren van regels. En die regels waren bepaald door de bezetter. Bovendien: je zou eerder denken dat het naar huis sturen van een lid van de NSB verdacht zou ogen, de redenatie van het onderzoeksteam volgend.


Iemand die bij de politie werkte, wist natuurlijk wel, welke hoge functionaris hij moest spreken om onderduikers aan door te geven. Dat kan geen probleem zijn geweest. Dit is een belangrijk element in de zoektocht naar de verrader: er werd op hoog niveau een telefoontje gepleegd, dat meteen geloofwaardig werd geacht.


Vandaar dat, al met al, deze verdachte hoger is gestegen in mijn hiërarchie. Ans van Dijk blijft wat mij betreft ook een goede mogelijkheid. Of nog een andere onbekende verrader. Buurtbewoner. Passant. Die de weg wist bij de S.D. Daar waren er zat van. Op een steenworp afstand van het Achterhuis woonde een fervent NSB'er die nog in geen enkel onderzoek, voor zover ik weet, naar voren is gehaald. Misschien had hij iets gezien. Een gordijn dat bewoog, een gezicht dat even een glimp van de buitenwereld wilde opvangen. De onderduikers waren immers niet altijd voorzichtig genoeg.


Dan is er ook nog de theorie van het Anne Frank Stichting zelf: er was geen verraad, er was gedoe geweest met distributiebonnen, door vertegenwoordigers van het bedrijf van Otto Frank, en dat zette de politie op het spoor. Misschien stond het gebouw onder verscherpte observatie (en werden de onderduikers, in een combinatie van verschillende hypothesen, vervolgens ontdekt en aangegeven).


Ook sluit ik me, ik moet dit bericht ergens eindigen en er zijn zoveel punten die ik zou kunnen aanstippen, maar dat gebeurt inmiddels al wel in de media, aan bij door dezelfde stichting geformuleerde vraag: áls de lijsten van onderduikadressen al bestonden, waarom zou Prinsengracht 263 daarop hebben gestaan? Wat voor connectie bestond er dan met de Joodse Raad? De Joodse Raad, die mensen op het hart drukte vooral niet onder te duiken?


We weten niet wat er gebeurd is. Er zijn teveel mogelijkheden. 


Niet weten is ook weten. Experts weten dat.